zondag 20 juli 2025

NOSTALGIE moment => De muren spraken

De muren spraken

Er was een tijd, ergens tussen de geur van wierook en het kraken van een naald op vinyl, dat jongeren hun hele wereld op de muren plakten. Niet met verf of behang, maar met posters – eindeloos veel posters. Grote vellen papier, soms uit een tijdschrift gescheurd, soms gekocht bij de platenzaak om de hoek, werden met plakband of punaises tegen het behang gedrukt, laag over laag, tot er van de originele muur nauwelijks nog iets zichtbaar was.

In die kamers gebeurde iets bijzonders. Het waren geen gewone slaapkamers meer – het waren heiligdommen. De muren spraken. Ze schreeuwden soms zelfs: om vrijheid, om liefde, om muziek. The Beatles hingen er zij aan zij met Jimi Hendrix, Che Guevara keek streng neer op een vredesteken van regenboogkleuren. Soms was er een halfnaakte Brigitte Bardot, soms een zwart-witportret van James Dean, eeuwig rebels. Alles mocht naast elkaar bestaan, zolang het maar iets zei over wie je was – of over wie je wilde zijn.

Er was geen Pinterest, geen Instagram. De muur was je profiel. Elk stukje papier vertelde iets: van eerste verliefdheden tot dromen van reizen, van protesten tegen oorlog tot stille bewondering voor gitaarhelden. Het was een collage van een opgroeiend hart.

En 's avonds, wanneer het licht uitging en alleen het gloeilampje van een lavalamp nog bewoog, leken de gezichten op de posters even tot leven te komen. Ze keken toe. Ze hoorden je geheimen aan. En ze bleven – soms jarenlang – de trouwe getuigen van een jeugd in volle bloei.

Van posters naar pixels anno 2025

De muren zijn nog steeds vol, maar nu met licht in plaats van papier. In plaats van Jimi Hendrix op vergeeld krantenpapier hangt er een OLED-scherm met een eindeloze slideshow van herinneringen. Geen plakband meer, maar algoritmes. Geen lavalamp, maar slimme sfeerverlichting die reageert op je stemming. De tienerkamer van 2025 spreekt nog altijd — maar op een andere toon.

Waar jongeren vroeger hun helden met punaises aan de muur hingen, swipen ze nu door werelden vol idolen, digitale kunst en virtuele communities. De rebelse posters van Che Guevara zijn ingewisseld voor activistische Instagram-feeds en AI-gegenereerde protestkunst. De muziekposters zijn vervangen door playlists die via onzichtbare speakers de kamer vullen met precies het juiste geluid op precies het juiste moment.

Toch is er iets dat niet verandert. De kamer blijft een cocon. Een plek waar je jezelf mag zijn, of net even iemand anders. Waar je je afzet tegen de buitenwereld, droomt van groter, anders, beter. De vorm is anders, de inhoud geĆ«volueerd — maar de ziel is gebleven.

Misschien is dat de echte poster van deze tijd: onzichtbaar, digitaal, maar diep persoonlijk. Net als toen, alleen anders.