maandag 28 juli 2025

NOSTALGIE moment => Vakantie vroeger vs. nu

Over de kunst van verdwalen en de luxe van eenvoud
Vroeger – Jaren ’60-’70:

Vakantie begon al lang voor je ergens was aangekomen. Het begon met plannen rond de keukentafel, met een landkaart die nauwelijks op de tafel paste. Vader die met een viltstift de route aanduidde, moeder die lijstjes maakte van wat er mee moest: borden, bestek, jassen “voor als het afkoelt” en de frigobox vol met koude schnitzels en hardgekookte eieren.

De auto werd de avond ervoor al half ingeladen, met dekens op de achterbank, koffers die precies in de kofferbak pasten als een puzzel en het gevoel: “Morgen vertrekken we.” En dan… die ochtend. Iedereen opgewonden, veel te vroeg wakker, boterhammen met choco mee in zilverpapier gewikkeld, en daar ging je. Ramen open – want airco was voor rijke mensen – en je plakte aan de zetel in je korte broek. Op de achterbank voerde je een koude oorlog met je broer of zus: elk met een eigen denkbeeldige helft van de bank, stiekem elkaars benen duwend als de andere sliep.

Een vakantie kon een week aan zee zijn – Middelkerke, Oostduinkerke, of misschien zelfs Blankenberge – met plastic strandstoeltjes, een windscherm dat telkens omviel, en warme zandkoeken met een beetje zeewater erbij. Of het werd de Ardennen, een eenvoudige camping langs een rivier, met een tent die vader zuchtend recht probeerde te zetten, terwijl moeder soep opwarmde op een gasvuurtje dat weigerde mee te werken.

De douche was een wandelingetje naar het sanitairgebouw, met je handdoek en je zeep op een plankje. 's Avonds zaten de ouders aan een klaptafel met een glas wijn en een sigaret, terwijl de kinderen verstoppertje speelden met kampvuurlucht in hun haar. Postkaartjes werden trouw geschreven – met de vraag “Is het daar mooi weer?” – en bij thuiskomst werd er een vakantiealbum geplakt, met vergeelde foto’s en zand in de rug van het album.

Alles was eenvoudig. Maar in die eenvoud zat vrijheid. Er mocht al eens iets misgaan: een lek luchtmatras, een kapot stormkoord, een verloren slipper. En dat waren achteraf net de verhalen die je het meeste vertelde.

Anno 2025:

Vandaag boek je een vakantie met één swipe. Een paar klikken en je hebt een all-in formule in Spanje, Griekenland of de Canarische Eilanden. Geen kaart meer op schoot, geen discussies over de juiste afslag – je GPS doet het werk. Geen ruzie meer over wie vooraan mag zitten: kinderen kijken een film op hun tablet of spelen een spel met draadloze oortjes in. Rustig. Stil. Efficiënt.

Je komt aan in een luchthaven waar alles blinkt. Een shuttle brengt je naar een hotel waar de handdoeken al liggen te wachten op het ligbed, waar het ontbijt in buffetvorm klaarstaat en waar je voor elk probleem een app hebt. Geen plassen regen op de campingtafel, geen muggen in de tent. Geen gedoe met koken of afwassen – je schuift gewoon aan. Alles is geregeld. Alles is voorzien.

En toch… ergens sluimert er een gemis.
Er is minder ruimte om te verdwalen. Minder onverwachte ontmoetingen. Geen zanderige postkaart meer op de bus, geen fotoboek op de salontafel – hooguit een Instagram-post die je al lang vergeten bent.
Kinderen herinneren zich het zwembad, ja. Maar weten ze nog de geur van nat gras bij ochtenddauw, het geluid van tentritssluitingen, het gevoel van met je voeten in een ijskoude rivier staan?

Waar vroeger improvisatie en samenhorigheid centraal stonden, regeert nu comfort en controle. Vroeger sliep je misschien slechter, maar je lachte meer. Je miste soms een douche, maar vond een schat aan herinneringen.

De vakanties van nu zijn comfortabel. En ja, ze mogen er zijn. Maar in de herinnering leven vooral die reizen voort waar niet alles klopte, maar waar alles voelde. Waar je niet gewoon op vakantie ging – maar echt op avontuur.

Want een vakantie die je plant met je hart, vergeet je nooit.
En wie ooit onder een sterrenhemel zijn tanden heeft gepoetst met een plastic bekertje in de hand, weet: geluk was soms gewoon een klein veldje, een kampvuurtje en frieten uit een kartonnen bakje.